Warning: Constant WP_CRON_LOCK_TIMEOUT already defined in /mnt/web617/a0/52/524175852/htdocs/STRATO-apps/wordpress_02/app/wp-config.php on line 109
The post Het verhaal van Sint Ursula en de Heiligenberg first appeared on Abe de Verteller.
]]>Ten zuiden van de stad Amersfoort ligt een kleine heuvel genaamd de Heiligenberg. Deze plek is vanwege zijn ontstaanslegende zeer bijzonder. Het verhaal gaat namelijk dat deze heuvel ergens in de vierde eeuw is opgeworpen door de heilige Ursula en haar elfduizend gezellinnen. De heuvel wordt nog interessanter omdat zij genoemd wordt in vele korte sagen. Er zijn dwaallichten en een witte juffer gesignaleerd. Ook zou er een spook rondwaren die soms eenzame wandelaars optilt en dan een honderdtal meters verder weer neerzet! Verder wordt er beweerd dat de heuvel dienst deed als vergaderplaats voor de heksen van Amersfoort en het Eemland. Hier zouden zij hun heksensabbat vieren! (1) Ook nu nog zeggen wichelroedelopers dat de Heiligenberg een krachtplek is. Door alle gegevens op een rijtje te zetten rees bij mij het vermoeden dat de Heiligenberg niet alleen een heilige, maar ook een heidense berg is.
De legende van Ursula en haar elfduizend gezellinnen
In de heiligenlegende van Ursula wordt gezegd dat zij een Engelse prinses was uit de vierde eeuw na Christus die net tot het christendom was bekeerd. Zij moest van haar vader trouwen met een heidense prins. Maar daar had zij absoluut geen zin in. Zij wou zich liever wijden aan haar nieuw gevonden geloof. Toch was haar vader niet te vermurwen. Ursula kreeg nog wel van hem gedaan dat ze eerst op bedevaart mocht naar Rome. Ze mocht ook al haar vriendinnen meenemen. Deze belofte zal haar vader berouwd hebben want ze trommelde maar liefst elfduizend gezellinnen op! De maagden gingen aan boord van een schip en de reis kon beginnen. Toen dit schip op een windstille dag op de Noordzee dobberde, bedachten ze hoe fijn het zou zijn om te dansen. Ze stapten van boord en dansten vervolgens net zo lang op de golven tot er vaste grond onder hun voeten verscheen! Dit werd het Noordzee-eiland Helgoland, oftewel heilig land. (2)
Toen zij aan land gekomen hun tocht richting Rome te voet voortzetten en langs het toen nog ongerepte gebied kwamen waar nu Amersfoort en Leusden liggen, werd Ursula behoorlijk moe en ging uitrusten. Haar gezellinnen echter waren onvermoeibaar en wierpen de Heiligenberg op om daar op de heuvel een klooster te stichten. Dit zou op zich nog niet onmogelijk zijn geweest, ware het niet dat de legende expliciet stelt dat zij de heuvel maakten door te graven met hun vingerhoedjes! Door hun ijverige graafwerk ontstond naast de heuvel een kuil die zich vulde met water. Deze vijver wordt – tot op de dag van vandaag – het Zwanenwater genoemd. In een andere versie van de legende wordt verteld dat het niet de gezellinnen van Ursula waren, maar God zelf die de heuvel deed ontstaan om als hoofdkussen te dienen voor de vermoeide Ursula tijdens haar lange pelgrimstocht.
Op de terugweg werden Ursula en – bijna – al haar gezellinnen bij Keulen vermoord door Atilla de Hun. Hun beenderen zijn nog steeds in die stad te bewonderen in de kerk van sint Ursula. De enige die deze ramp overleefde was de schone maagd Cunera. Zij werd door een hoofdman genaamd Radboud in bescherming genomen. Hij vond haar te mooi om dood gemaakt te worden. Echter zijn vrouw werd jaloers en vermoordde haar stiekem in een paardenstal. Ook Cunera heeft een heuvel aan haar gewijd gekregen: de Cuneraberg bij Rhenen. (3)
Graven met vingerhoedjes
Het idee dat je een heuvel kan maken door te graven met vingerhoedjes en dan ook nog om de vage reden dat die heuvel een goede rustplek of zelfs hoofdkussen zou zijn voor een heilige, intrigeerde mij. Dat het opwerpen van een heuvel – als je slechts vingerhoedjes hebt om mee te graven – volslagen waanzin is, kan iedereen bedenken. Wat zou dan wèl de verklaring kunnen zijn van dit vreemde verhaal?
Mijn vermoeden is dat de Heiligenberg een heidens cultusoord is geweest, gewijd aan een plaatselijke godin. Hiervoor is geen rechtstreeks bewijs te vinden, maar wel een behoorlijk aantal aanwijzingen en vreemde toevalligheden. (4) Om te beginnen is er de plek zelf. In de twaalfde eeuw werd die door Alpertus van Metz omschreven als:
‘Een heuvel ontoegankelijk aan alle kanten; aan één kant snijdt een modderige rivier (de Eem, nu de Heiligenbergerbeek), aan de andere kant een ononderbroken en zeer breed moeras, elke toegang af’.
Dit doet me denken aan vergelijkbare locaties zoals het eiland Sein in West-Bretagne, dat nog tot in de zeventiende eeuw een college van negen heidense priesteressen zou hebben gehad, het eiland Alyscamps in de Rhône en het bekendere pré-christelijke cultusoord Glastonbury. (5) Deze staat ook bekend als het eiland Avallon en werd ooit omgeven door moerassen. Volgens de legende werd deze plek bestuurd door drie of negen priesteressen.
Het is opmerkelijk dat ook Helgoland, het heilige eiland in de Noordzee, in een Friese sage voorkomt als opgeworpen door Sint Ursula en haar gezellinnen. Net als met de Heiligenberg ontstaat het heilige land op wonderbaarlijke wijze. Ook dit eiland was vroeger een heidens cultusoord. Er moet hier volgens Tacitus een tempel gewijd aan de godin Hertha hebben gestaan. (6) Vaak werden dergelijke heidense heilige plekken overgenomen door de christenen. Er werd dan op die plek een klooster of een kerk gebouwd. Op de Heiligenberg werd in de tiende eeuw door bisschop Ansfridus een kapel gesticht, die later werd uitgebreid tot een klooster. Tot in de zestiende eeuw stond op de Heiligenberg een proosdij die bewoond werd door monniken. (7)
Vingerhoedskruid
Vervolgens is er de legende. Nooit kan je een heuvel opwerpen slechts met vingerhoedjes. (De heuvel is trouwens op een natuurlijke wijze ontstaan. Hij is zo’n tienduizend jaar geleden opgewaaid door de wind tijdens de laatste ijstijd.) Maar misschien kan je hem wel heilig maken! Want ging het hier om het naaigerei of ging het om de plant het vingerhoedskruid, of ook wel kortweg het vingerhoedje genoemd? Deze plant staat bekend om zijn giftige werking. Eén vingerhoedje zou genoeg zijn om je hart stil te doen staan. Maar de wijze vrouwen van weleer wisten maar al te goed van de werkingen van verschillende kruiden. Ze wisten welke geneeskrachtig waren en ook welke hallucinogeen zijn. In de Ierse folklore heet de vingerhoed ‘folks’ glove‘ oftewel handschoen van het elfenvolk. Het verhaal gaat dat iemand die een bloem van het vingerhoedskruid op zijn hoed draagt en gaat slapen op een elfenheuvel (meestal een prehistorische grafheuvel) ´s-nachts de heuvel open zal zien gaan en de elfen kan ontmoeten. Ook sint Ursula en haar gezellinnen sliepen naast of op de heuvel en vanaf dat moment werd de gewone heuvel een heilige berg! (8)
Zwanenjonkvrouwen
Ik heb het vermoeden dat de legende van Ursula een bedekte toespeling is naar een tijd waarin priesteressen mogelijk met gebruik van kruiden – zoals het vingerhoedskruid – trancereizen maakten naar de ‘andere wereld’. Een andere aanwijzing daarvoor is de naam het Zwanenwater voor de waterplas tegenover de berg. Deze zou door het graven met de vingerhoedjes ontstaan zijn. De zwaan is de vogel bij uitstek in de heidense symboliek die de mensenziel helpt bij de grote oversteek van deze wereld naar de Andere wereld. We vinden dit bijvoorbeeld terug in het oeroude kinderliedje ‘Witte zwanen, zwarte zwanen, wie gaat ermee naar Engeland varen?’. Hierbij is Engel-land het land der engelen of anders gezegd het rijk der doden. (9) Ook Ursula is een prinses uit Engeland. Is dat puur toeval? Ik denk van niet. Het scheppen van een heilige berg is het werk van jarenlange meditatie, rituelen en trancereizen door de priesteressen van de Godin om op die plek de wanden tussen deze en de ‘andere’ wereld dunner te maken. Mensen konden deze plaatsen tijdens een pelgrimage bezoeken in de hoop op genezing voor hun ziekten of om de kracht van zo’n goddelijke of godinnelijke plek te vieren en te ervaren.
Ursula en de beer
Ursula heeft historisch gezien waarschijnlijk nooit bestaan. Zij is uit de heiligenkalender geschrapt. De etymologische betekenis van haar naam is beertje (denk aan het Franse ‘ours’ voor beer). Dit is geen uitzonderlijke naam voor een Britse prinses uit de vijfde eeuw, zeker als je weet dat Arthur – de legendarische zesde-eeuwse koning van Engeland – ook beer betekent! Ursula zou prima de christelijke vervangster geweest kunnen zijn van een berengodin zoals de Keltische godin Artio of de Griekse Artemis; meesteres der dieren. Ook Artemis was een vrije en maagdelijke vrouw die door de wildernis trok vergezeld door haar vriendinnen. (10)
Ursula en vrouw Holle
De benaming Heiligenberg en de oudere naam Hohorst doen associatief denken aan vrouw Holle oftewel de godin Holda. De godin Holda woont in de holle berg en zou dus een prima woonstee in de Heiligenberg kunnen hebben. Temeer als je weet dat Holda wel gezien wordt als de beschermster der zielen en leidster van het zielenleger en Ursula – onder andere – patroon is van de stervenden en wordt voorgesteld met vele kleine gedaantes die zich verschuilen onder haar mantel. De connectie wordt nog sterker als je weet dat de Heiligenberg in de volksmond wel de Venusheuvel werd genoemd. (11)
Dat Holda in christelijke tijden wellicht een nieuw leven is gaan leiden als de heilige Ursula kan je ook afleiden aan haar beroemde berg in Duitsland: de Hörselberg. In de middeleeuwse Tannhäuserlegende wordt deze berg vermeld als de woonplek van Venus of Holda. De naam Hörsel of ook wel Ursel is echter van zichzelf al een godinnennaam en is mogelijk later verbasterd tot Ursula! De relieken van de Heilige Ursula werden tentoongesteld in Keulen. Deze stad was niet toevallig ook de meest populaire plaats voor heksensabbats in oude sagen. Zo is de bedevaart van Ursula te zien als een aanwijzing voor de aanwezigheid van een heidense cultische plaats! (12)
Opmerkelijk genoeg associeert de beroemde dichter Joost van den Vondel de Heiligenberg ook met godinnen. Hij dichtte in zijn ‘Amersfoortse nachtegaal ‘ uit 1657 het volgende:
‘Natuur verkoos den gront in liefelijcke streecken.
Dat Griecken Tempe love, en d’oude Hengstebron:
ik loof dit lantprieel op ’t ruischen van de beecken;
ik loof den Heilgen Bergh, den Duitschen Helikon.’
De Helikon staat bekend als de berg waar de muzen woonden. (13)
Ursula als gids van de zielen over de weg der doden
Zo werden de godinnen van vroeger gemaakt tot heiligen of tot aanvoerders van de heksen. Tegelijkertijd werden de priesteressen van de oude religie de kwade heksen en duivelaanbidders van de christelijke periode. Sommige schrijvers interpreteren de reis van Ursula als de reis van de maangodin in haar maanschip door de nachthemel, waarbij de sterren haar gevolg van elfduizend gezellinnen zijn. (14) Tegelijk is Ursula als berin te associëren met het sterrenbeeld Ursa Maior oftewel de Grote Beer. Dit sterrenbeeld wordt ook wel gezien als een schip of als de wagen van vrouw Holle die als ‘wilde jageres’ de zielen aanspoort om zich over de hemel- of dodenweg (die dezelfde is als de Melkweg) te spoeden naar het zwarte gat bij de Poolster waar langs zij naar de andere kant kunnen komen. Deze hemel/dodenwegen liggen tegelijkertijd ook gewoon op aarde en verbinden sacrale plaatsen met elkaar. Wie reist op zo’n weg, is op dat zelfde moment bezig met een zielenreis. Als pas gestorvene maakt iedereen die reis, maar als pelgrim ben je al even buiten de gevestigde orde. De reis die je maakt gaat van krachtplaats naar krachtplaats. Ook de christelijke middeleeuwse pelgrimages gingen niet in een lijn naar het grootste heiligdom, maar deden onderweg allerlei kleinere bedevaartsoorden aan. (15)
De Heiligenberg past opnieuw perfect in dit grotere plan. Want tussen deze krachtplek en het minstens zo sterk geladen oeroude kerkhof met kerktoren van Oud-Leusden loopt in een bijna kaarsrechte lijn de Dodeweg. Een dodeweg of helweg is een weg die men gebruikte om een dode naar de dichtstbij zijnde begraafplaats te brengen. Daarmee was het ook de weg van de ziel naar de onder- of andere wereld. In het woord helweg vinden we nog een verwijzing naar de godin van de onderwereld Hel of Holle. Zij is de godin die de (dode) zielen begeleidt naar de onderwereld en tegelijk de beschermvrouwe van de reizigers. Ursula is te zien als haar verchristelijkte opvolgster. (16)
Conclusie
Ursula en haar heidense voorlopers zijn te zien als de vrouwelijke pioniers van alle pelgrims! Ursula maakt door haar aanwezigheid zelf de plaatsen heilig. Dit doet ze in ieder geval door te dansen en te slapen en mogelijk ook door middel van een semi-dood. Zo is zij de godinnelijke – of in ieder geval heilige – voorgangster, die samen met haar gezellinnen bepaalde plaatsen heilig maakt en de sluiers tussen hier en daar verdunt door middel van diverse technieken van trance en extase. Als patrones der stervenden begeleidt zij – net als Holda dat voor haar al deed – de zielen naar de andere kant. Zo wordt het duidelijk dat de Heiligenberg niet alleen een heilige maar ook een heidense plek is!
Abe van der Veen
[Je vindt de heuvel direct achter Heiligenbergerweg 5 Leusden; Villa ‘de Heiligenberg’, dit terrein is helaas privé, maar als je het ter plekke vriendelijk vraagt, kan je de heuvel wel bezichtigen.]Dit artikel is ook onderdeel van het boek ‘De verhalen van Amersfoort’ met alle sagen en legenden van Amersfoort en omgeving. Dit boek is hier te bestellen.
1) Sinninghe – Utrechts sagenboek p. 224
Brongers, J.A. – Historische encyclopedie van Amersfoort 95
Heupers – Volksverhalen uit Gooi en Eemland 1.2 1403 en 1.3 3334
‘Op de Poppebrug bij het herenhuis op de Heiligenberg liep vroeger altijd een witte juffrouw. Ze liep altijd tussen twee zware beuken. Ze zagen haar ook wel eens op de Poppebrug lopen, maar ze deed geen kwaad.’
‘Vroeger zagen ze hier en daar in de weilanden, langs de grond en in de bodem dwaallichten gaan. Dan waren ze weer laag en dan waren ze weer hoog. Op de Heiligenberg zagen ze ze vaak en dan zag je ze omhoog gaan. Het waren lichtjes die naar zieltjes liepen te zoeken. Zo vertelden ze het bij ons vroeger.’
2) Friese mythen en sagen – J.P. Wiersma p. 247
3) Sinninghe – Utrechts sagenboek p. 26 en 224
Wim de Gans – De Heiligenberg in tijdschrift De Kroniek dec. 2002 p.4
In een latere versie van het verhaal wordt het opwerpen van de Heiligenberg gedaan met theelepeltjes. Maar thee werd er in de vroeg middeleeuwse tijd nog niet gedronken.
De legende van de 11000 gezellinnen is waarschijnlijk op een schrijffout gebaseerd waarbij ‘un decimilia’, een elfjarige, werd geïnterpreteerd als elfduizend. In Keulen werd een Romeins grafveld gevonden wat diende als groeve voor duizenden relieken van het zogenaamde heilige gebeente van Ursula en haar gevolg. De Roomse kerk kon er zo een goed handeltje mee doen.
http://www.kerkpleinamersfoort.nl/
http://www.cuneralegende.nl/pages/legende_index.html
4) Ook Sinninghe (p. 26) noemt deze mogelijkheid in zijn Utrechts sagenboek.
5) De Diversitate Temporum – Alpertus van Metz 1123 AD Geciteerd uit: Wim de Gans – De Heiligenberg in De Kroniek dec. 2002 p.4
Robert Graves – The white goddess voor andere cultische eilanden
6) Deze godin wordt ook wel vertaald als Nerthus. In andere bronnen is het eiland gewijd aan de god Forseti.
http://www.theodora.com/encyclopedia/h/heligoland.html
http://www.historieleusden.nl/foto’s/foto’s_heiligenberg-1.htm
Tacitus – De Germania H. 40
‘Over de afzonderlijke stammen is te melden dat ze tezamen Nerthus, oftewel Moeder Aarde, vereren. Ze geloven dat zij ingrijpt in het menselijk bestaan en rondrijdt onder de volkeren. Op een eiland in de Oceaan (Helgoland?) ligt een ongerept heilig woud met daarin een aan haar gewijde wagen, die is afgedekt met een doek, alleen aan te raken door de priester.’
7) Wellicht een beetje mosterd na de maaltijd, maar de Heiligenberg heeft nog een tweede heilige aan zich gekoppeld. Zijn bestaan en geschiedenis valt beter te bewijzen dan dat van sint Ursula. Het gaat om Ansfried (of Ansfridus), een bisschop van Utrecht uit de tiende eeuw. Voor hij begon aan een geestelijke loopbaan was hij een vooraanstaand edelman. Hij was graaf van Hoey en had zich een dapper krijger getoond in dienst van keizer Otto III van het Heilige Roomse Rijk. Toch voelde hij zich meer tot een geestelijk leven aangetrokken. Zo kwam het dat de keizer hem in 995 benoemde tot bisschop van Utrecht. Met het voort schrijden van de jaren kwam hij bekend te staan als een ware heilige. Het verhaal gaat dat toen de Noormannen in het jaar 1007 Utrecht naderden om de stad te plunderen zij uit eerbied voor Ansfried besloten om toch maar door te varen.
Het bisschop zijn was hem nog niet vroom genoeg. Ansfried zocht de afzondering op voor contemplatie en stil gebed en zo kwam het dat hij zich begaf naar een onbewoonde en moerassige streek ten oosten van Utrecht. Hij liet zich met een bootje overzetten naar de Hohorst, een heuveltje ten oosten van een moerassige rivierarm (tegenwoordig heet dit riviertje de Heiligenbergerbeek), hij liet daar een kapel bouwen en stichtte daar een Benedictijner kloostertje. (a) Daar verbleef hij in armoede als eenvoudig monnik samen met twaalf andere monniken. Hij combineerde dit wel met zijn werk als bisschop in Utrecht en hielp aldaar de zieken en de armen. In de laatste jaren van zijn leven werd Ansfried blind, maar toch bleef hij doorgaan met zijn nobele werk. Zijn grote rijkdom schonk hij aan de armen. Vlak voor zijn dood zag hij – ondanks zijn blindheid – een visioen: een lichtend kruis in zijn cel. Daarna stierf hij in zijn klooster op de Hohorst in een geur van heiligheid. Dit gebeurde op drie mei 1010 in zijn zeventigste levensjaar.
Direct na zijn overlijden brak er een ruzie uit over zijn lijk. Ansfried had bij zijn leven bepaald dat hij op de Hohorst begraven wilde worden, maar de Utrechters waren het daar niet mee eens! Zij zagen goed in dat het heilige gebeente van Ansfried een kostbaar bezit zou worden. Als reliek kon het vele pelgrims trekken en mogelijk door zijn heiligheid wonderen verrichten. De monniken van de Hohorst wilden Ansfried op de heuvel begraven en ook zijn dochter Benedicta meende dat dit het beste zou zijn. De kanunniken van Utrecht waren echter direct na het overlijden naar de Hohorst gekomen om zijn dode lichaam op te halen. Daarvoor hadden ze ook soldaten meegenomen. Tussen deze partijen ontstond een heftige ruzie. Echter tijdens de mis voor de baar van de overledene, brak er plotseling brand uit in een bijgebouwtje. (Het heeft er veel van dat deze met opzet was aangestoken.) In de daaropvolgende verwarring zagen de Utrechters hun kans schoon en namen het lijk met zich mee. Toen de monniken van de Hohorst hier achter kwamen waren zij des duivels. Zij pakten hun wapens op en gingen de Utrechters achterna. Dit had tot een dramatisch bloedbad kunnen leiden, ware het niet dat Benedicta zich tussen de partijen stortte en hen smeekte het vechten te staken. De monniken van de Hohorst gaven uiteindelijk toe en de kanunniken van Utrecht konden toch nog hun geliefde heilige Ansfried meenemen en in de stad in de Domkerk begraven.
Ansfried werd de tot heilige verklaarde sint Ansfridus en de Hohorst werd naar aanleiding van zijn heiligheid omgedoopt tot de Heiligenberg. Vrij snel na zijn dood (ca. 1050) werd het klooster op de Heiligenberg opgeheven en verkleind tot een proosdij. Deze heeft daar gestaan tot in de zestiende eeuw. Tegenwoordig is van deze geschiedenis niets meer terug te vinden. In de bodem van de heuvel zijn slechts wat puinbrokken en restanten van een tegelvloer (wellicht van het oude klooster) gevonden en dat is alles.
a) Het woord horst betekent een beboste heuvel in moerassig terrein. De Hohorst of Heiligenberg is zo’n heuvel, die extra hoog is.
Hattem, Mark van – Vaderlandse geschiedenis 1994 p.24-25
http://www.broerendebruijn.nl/Hohorst.html
https://www.noviomagus.info/ansfridus.htm (Voor een alternatieve kijk op de gebeurtenissen)
8) Blöte-Obbes – De geurende kruidhof p. 238
Yeats, W.B – Ierse elfenverhalen p.38-40
http://en.wikipedia.org/wiki/Digitalis
9) Een ander voorbeeld zijn de Walkuren. Dit zijn zwanenjonkvrouwen, dienaressen van Odin, die de gevallen strijders naar het Walhalla brengen.
Uyldert – Verborgen wijsheid van oude rijmen p.66
http://www.jmouders.nl/Themas/Vrije-Tijd/Vrije-Tijd/De-dubbele-bodem-van-Kortjakje.htm
10) Baring-Gould – Curious myths of the middle ages p. 185-187
Walker – Encyclopedia of myths and secrets p.414 (Horsel) en p. 1030 (Ursula)
In de heidense tijd werd een berenhuid gedragen en de berengod(in) aangeroepen om tot een wilde extase te komen. Ook kon je die woestheid oproepen door een wolvenhuid te dragen om de wolvengod aan te roepen. Zowel bij de Berserker (berenshirtdragers) als bij de Ulfhedr (wolvenhuiddragers) gaat het dan om Wodan de wilde jager en mogelijk ook om de wilde jageres Holda.
11) Hohorst betekent een met bomen begroeide hoogte. http://www.broerendebruijn.nl/Hohorst.html
Dat de Heiligenberg lokaal wel de Venusheuvel werd genoemd heb ik in 2012 van een lokale Leusdenaar gehoord.
12) Baring-Gould – Curious myths of the middle ages p. 185-187 (De etymologie tussen Hörsel en Ursula is natuurlijk later betwijfeld. Bijvoorbeeld in Owens college Historical Essays p.35 e.v.)
Walker – Encyclopedia of myths and secrets p.414 en p. 1030
Ook de gerenommeerde sagenkenner J.R.W. Sinninghe vermoedt naar aanleiding van het Ursula verhaal dat de Heiligenberg een heidens heiligdom is geweest. Hij schrijft: ‘Wij hebben hier blijkbaar te doen met een heidens heiligdom. Een van die geheimzinnige torens, verblijfplaatsen van priesteressen, waarvan de Romeinse schrijvers reeds gewag van maakten. Men vermoedt dat een net van dergelijke torens geheel West-Europa bedekt heeft, en dat deze torens op de hoogten gelegen waren die door heilige lijnen verbonden waren.’(Utrechts Sagenboek p. 26) Hij denkt hierbij aan de zieneres Veleda uit de eerste eeuw na Christus die in een toren aan de Lippe woonde en door de Germaanse stammen werd vereerd als een godin. Zij wordt beschreven in de ‘Germania’ van de Romeinse schrijver Tacitus.
13) https://www.dbnl.org/tekst/vond001dewe08_01/vond001dewe08_01_0198.php
14) John Fiske – Myths and myth-makers: Old Tales and Superstitions Interpreted by Comparative Mythology: p. 78 op.cit.:
The sainthood of St. Ursula is distinctly doubtful, and the number of her retinue, eleven thousand, has been proved to be an error in monkish calligraphy. St. Ursula is, indeed, the Teutonic goddess Ursa, or Hörsel. In many parts of Germany a custom existed during the Middle Ages of rolling about a ship on wheels, much to the scandal of the clergy, and this undoubtedly points to moon-worship, the worship of Holda, or Ursula, whom German poets of old regarded as sailing over the deep blue of the heavens in her silver boat. A great company of maidens, the stars, follow in her train. She is supposed, her nightly pilgrimage over, to enter certain hills.
Zie ook noot 6 over Tacitus
15) Zie bv. de boeken van van Herwaarden (over boetebedevaarten) , Koldeweij (heiligen in de modder) of Thiers (bedevaart en kerkeraad).
16) https://nl.wikipedia.org/wiki/Doodweg
Geysen, Cois – De oude wijsheid 2008 p. 74-77
Zie ook: Hero Tales and Legends of the Rhine – Lewis Spence
Thus in the later guise of Venus she entered the Hörselberg in Thuringia, in which she imprisoned the enchanted Tannhäuser, and there is good reason to believe that she also presided over the Ercildoune, or Hill of Ursula, in the south of Scotland, the modern Earlston, after which Thomas the Rhymer took his territorial designation, and whose story later became fused with her myth in the old Scottish ballad of Thomas the Rhymer. Thus we observe how it is possible for a pagan myth to become an incident in Christian hagiology.
The post Het verhaal van Sint Ursula en de Heiligenberg first appeared on Abe de Verteller.
]]>The post De geheime symboliek van het hart first appeared on Abe de Verteller.
]]>Maar er is iets vreemds aan de hand met het hart en zijn symboliek. Het hartje lijkt namelijk nauwelijks op een werkelijk menselijk hart! Sommige dierlijke harten komen iets meer in de buurt, maar er is slechts één locatie van het menselijk lichaam die duidelijk overeenstemt met de vorm van het hart: de billen. Niet zomaar billen, maar de ronde billen van een vrouw, als je ze bekijkt als zij op haar buik ligt.
Volgens sommige wetenschappers zou ook de omtrek van de vagina in opgewonden toestand een hartvorm hebben en ook de onderkant van de eikel zou die vorm hebben. Zo krijgt het samensmelten van harten wel een heel pregnante betekenis!
Het hartsymbool wordt doorboord door de pijl van de Griekse god Eros (voor de Romeinen Amor of Cupido). Zo beelden we het af als we verliefd op iemand zijn, of onze liefde voor iemand willen kerven in een boom. Hierin is duidelijk de symboliek van de coïtus te herkennen, de fallische pijl doorboort het vulvaire ‘hart’. Eros toont zich hier als de god van de erotische aantrekkingskracht.
Zo lijkt het er op dat ons symbool voor liefde, een meer erotisch begin had. Hierbij moeten we niet vergeten dat seksualiteit in de Oudheid ook sacraal kon zijn, gewijd aan god en godin. Dan zijn deze billen een heilige ingang. (1)
Aphrodite met de mooie billen
Om dit te begrijpen moeten we een anekdote vertellen over de moeder van Eros; de liefdesgodin Aphrodite. Van haar wordt gezegd dat er een tempel heeft bestaan die gewijd was aan haar billen! Dit was de tempel van Aphrodite Kallipygos (oftewel met de mooie billen). Het zou de enige tempel zijn, die ooit gewijd is aan een lichaamsdeel. Dat laatste is maar zeer de vraag. (2)
Als je een tempel of kerk ziet als de schematische weergave van het lichaam van Moeder Aarde kan je net zo goed postuleren dat er een heleboel tempels gewijd zijn aan een lichaamsdeel, of beter gezegd een heel lichaam! De ingang is dan te vergelijken met de vrouwelijke genitaliën! (3)
Venusheuvel en moederkerk
De plaats die gewijd was aan de grote godin, zeker in haar liefdes- en vruchtbaarheidsaspect noemde men in de middeleeuwen venusheuvel of ‘mons veneris’. Dit is niet toevallig ook de naam van de schaamheuvel van de vrouw. Aphrodite Kallipygos, was meer regel dan uitzondering. De grot in deze berg leidde naar een tuin der lusten, een aards paradijs. Natuurlijk leidden al deze lusten voor de christelijke middeleeuwer uiteindelijk naar de hel. Maar Hel is een andere naam voor die onderwereld van Moeder Aarde. (4)
(De middeleeuwse Venus met haar vele aanbidders. Let op de significant geplaatste stralen en ook op de yoni-vorm waarin zij staat)
Later heeft men het over ‘de heilige moederkerk’. Het is maar een kleine gedachtensprong om in de vorm van de kerk de baarmoeder van de Grote godin te herkennen. Aanwijzingen hiervoor zijn – naast het idee van een moederkerk – de vele malen dat er boven kerkdeuren in met name Ierland een afbeelding te vinden is van een vrouw die trots haar vagina ten toon spreidt. Zij houdt deze zelfs wijd open met haar beide handen! Dit ornament heet de ‘sheela-na-gig’. In het onderstaande voorbeeld vinden wij de associatie met het hart terug.
Het hart en Moeder Aarde
Het woord hart is verwant aan Hertha of Ertha. Dat is de naam die Germaanse stammen aan Moeder Aarde gaven. De Romeinse geschiedschrijver Tacitus noemt het zo: ‘Niets bijzonders gebeurt er bij deze stammen (van Noord Duitsland) behalve dat zij zich verenigen in de aanbidding van Hertha (Ertha) oftewel Moeder Aarde’. (5)
Het symbool van het hart stond voor de ingang naar het binnenste van Moeder Aarde. Dat kon een grot zijn in een sacrale heuvel, een poort van een tempel, maar ook de vagina zo die te zien is tussen de billen en benen van een vrouw. (6)
Het hart is ook etymologisch verwant aan de centrale vuurplaats; de haard. Beide staan symbool voor het vrouwelijke centrum. Beide zijn het middelpunt, de focus waar alle aandacht zich op richt, maar ook van waaruit alles ontstaat. In dit geval gaat het niet om de billen, maar om het bonzend hart als het centrum dat diep binnenin je zit. (7)
De dans van het kloppende hart
Het is bijzonder interessant om te zien hoe het bonzen en kloppen van het hart, te verbinden is met die van de lager gelegen regionen. Dit bonzen van het hart is te zien als het ritme van de scheppingsdans. In de Indiase Upanishaden wordt gezegd dat de ziel in het hart danst als een klein mensje en daardoor horen wij het bonzen van ons hart, alsof het een trommel is. Tegelijkertijd is de ziel één met de dansende Shiva die danst in het hart van het universum. De hartslag is het ideale ritme voor dans, poëzie en seks, oftewel voor creatie. Het hart is voor de Indiërs het centrum van het universum. De yogi’s noemen het ‘Chidambaram’; de grot van het hart. Door diep in zichzelf te keren kan de yogi de hartslag van het Absolute horen. Binnenin dit hart danst de ziel. Hierin danste ook hun god Shiva en maakte met zijn bewegingen de voor ons zichtbare kosmos. Ook de Griekse godin Eurynome maakte al dansend de kosmos. De dans van de duistere Indische godin Kali dreigde de wereld juist te vernietigen. (8)
Karnen van het maanbloed
Je kunt zeggen dat de mens dit scheppende dansen nadeed in zijn sacrale dans. Voor de oude Egyptenaren was dit letterlijk zo. Daar bestond het geloof dat het menstruatiebloed uit het hart naar beneden stroomde en daar het kind vormde, zowel het lichaam als de ziel. Deze theorie stamt nog uit de tijd dat men zich nog niet bewust was van de rol die de man in de voortplanting speelde. Elke vrouw vormde het kind in haar baarmoeder door daar het magische maanbloed te karnen. Dit deed ze door ritmische heupbewegingen te maken, waardoor het menstruatiebloed tot een foetus kon stollen. Dit ‘maanbloed’ kwam rechtstreeks uit het hart. Oude benamingen voor het kind als mijn hartenbloed en bloedjes van kinderen en ‘het kind onder het hart dragen’ voor zwangerschap duiden mogelijk op dit geloof. (9)
De weging van het hart op de schaal van Maat
Bij de Egyptenaren heet het hart ‘ib’ en is een van de belangrijkste van vijf (of zeven) zielen die de mens heeft (naast de Sheut, Ren, Ba en Ka). Het woord ‘ib’ betekent niet alleen hart, maar ook dansen en wordt dan afgebeeld door een dansend figuurtje. Het is de zetel van het gevoel, maar ook van het verstand en nog vele andere eigenschappen. In de Egyptische mythologie legt deze ‘ib’ hart-ziel na zijn dood een reis af in de onderwereld waar hij uiteindelijk wordt gewogen op een weegschaal.
In de ene schaal ligt de veer van de godin Maat, in de andere een hart als symbool van de ziel. Maat (Godin van waarheid en orde; de juiste maat der dingen) en Anubis staan ernaast en controleren het gewicht van de hart-ziel. Als het net zo licht is als de veer dan kan het door naar de volgende wereld. Zo niet dan wordt het hart onmiddellijk door een monster verorbert. Dit monster heet Ammit; ‘zij die harten verorbert’ of ‘de verzwelger’. Zij wordt afgebeeld als een krokodil met een leeuwenlijf en het achterste van een nijlpaard. Mogelijk is zij te zien als de godin in haar donkere gedaante. In de piramideafbeeldingen lijkt dit hart niet op ons hartsymbool. Het zou echter wel lijken op een schapenhart. (10)
Het hart van lust èn liefde
Zo is het hart het symbool van de ingang van het sacrale lichaam van Moeder Aarde. Wie dit binnengaat betreedt een magische, heilige plek. Dansen en vrijen is hier allesbehalve plat vermaak, het is een gewijde liefdesdaad. Het is de daad van het nader brengen van de grens naar het centrum en de drempel naar het midden. Iets dat alleen kan met open harten vervuld van liefde.
De gevederde pijl doorboort het hart. De onderwereld wordt betreden. De dans van het kloppende hart kan beginnen. Met de ronde bewegingen van de heupen van de vrouw en de ritmische stotende bewegingen van de man. Uiteindelijk smelten het mannenhart en het vrouwenhart in het hart-ziel-centrum samen. Een kleine dood vindt plaats, een ziel wordt gewogen, het hart tegenover een veer. Even houdt de hele kosmos haar adem in, tot het oordeel wordt geveld: Het hart wordt verzwolgen, een nieuwe cyclus kan beginnen, de ziel kan opnieuw geboren worden. Een derde hart begint onhoorbaar, doch voelbaar te kloppen onder het hart van zijn moeder. (11)
Abe van der Veen
1) ‘Op zijn hondjes’ was altijd het meest bedreven standje voordat – vanuit een mannelijk superioriteitsdenken – de missionarispositie gepropageerd werd.
Morris, Desmond – Allemaal mensen p. 205
Blackledge, C. – Het verhaal van V p. 80
www.godlikeproductions.com/forum1/message982266/pg1
2) De Griekse godin van de liefde is, heet bij de Romeinen Venus.
Morris p. 200
3) Blackledge p.79
Walker, B. – Dictionary of symbols and sacred objects p.99
In een verhaal van Athenaeus wordt verteld van twee arme zusjes die ruzie hadden wiens billen de mooiste waren. Een toevallige voorbijganger mocht beslissen. Naderhand kon deze rijke man die mooie billen maar niet uit zijn hoofd krijgen. Hij en zijn broer trouwden elk één van de zussen. Uit dankbaarheid voor dat feit richtten zij een tempel op voor de godin met de mooie billen; Aphrodite Kallipyge of Kallipygos. en.wikipedia.org/wiki/Venus_Callipyge
Ook de tempel in Delphi – die voordat zij van Apollo werd, een tempel van Gaia was – is zo’n lichaam van Moeder Aarde complex. Een duidelijke aanwijzing daarvoor is de ‘navelsteen’ die bij de ingang ligt. Deze ‘omphalos’ (dit betekent navel of kleine fallus) is veeleer een clitoris.
4) Later werd dit gedemoniseerd en de ingang naar het land van Venus werd ‘des duvels cutte’ (vreemd genoeg wordt dit ook gebruikt als een scheldnaam voor een hunebed in de zestiende eeuw) oftewel de kut of kont van de duivel. Het is waarschijnlijker dat het hier om de moeder of grootmoeder van de duivel gaat. Deze duivelskont als ingang naar de hel vinden we soms afgebeeld in schilderijen van het Laatste Oordeel. De middeleeuwse minnezanger Tannhäuser belandde in de berg of heuvel van vrouw Venus. Ook rondzwervende gesjeesde studenten (vaganten) beweerden dat ze in de Venusberg geweest waren.
Hel, komt van Hel, Hella, Holda of ook wel vrouw Holle, de onderwereldgodin van de oude Germanen.
5) Tacitus – De Germania http://www.pitt.edu/~dash/ertha.html
6) Logghe, K. – Tussen hamer en staf p.113 Een ander belangrijk Moeder Aarde symbool is de vorm van het hoefijzer.
Het hart-teken is ontelbare malen te vinden als ornament op smeedwerk en houtsnijwerk op deuren, hekken en geveltekens. Mogelijk begon dit gebruik toen men nog weet had van de oorspronkelijke betekenis.
7) http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/hart
8) Walker – Dictionary of symbols and sacred objects p. 174, 317
Walker – Encyclopedia of myths and secrets p. 376
en.wikipedia.org/wiki/Nataraja
Ook de duistere godin Kali is een danseres, maar deze dans is juist een extase van vernietiging en slachting. Pas als Shiva – haar echtgenoot – tussen de slachtoffers gaat liggen en zij haar voet op zijn borst zet komt zij eindelijk tot rust. en.wikipedia.org/wiki/Kali
9) Dit stuk is wat speculatiever, ik heb de bronnen van Walker namelijk niet kunnen vinden. Maar het is toch te interessant om weg te laten.
Walker – Encyclopedia p. 375
Walker – Dictionary p. 175, 275
Ook de maan heeft in het oer-geloof een rol bij de vorming van de foetus. Zielen zouden op de maan wonen en van daar uit indalen in het lichaam. Het tonen van de billen is ‘mooning’; de maan laten zien. Wie haar maan laat zien, geeft daarmee aan dat ze een kindje wil maken! Later werd dit ‘mooning’ een obsceen gebaar.
In een negende-eeuwse kloostercodex uit Mainz komt het hoofdstuk voor ‘Over dat ze geloven dat vrouwen de maan kunnen belezen, zodat ze mensen het hart uit kunnen nemen.’ We kennen helaas alleen de titel van dit hoofdstuk.
10) Budge – Egyptian Language p.44
www.egyptianmyths.net/heart.htm http://en.wikipedia.org/wiki/User:The_Land/Weighing_of_the_heart
11) Door middel van de beoefening van de tantra worden de beide harten samen gebracht. Het opent het hart van de man en de vagina of billen met de hartvorm van de vrouw. Zodat beiden al dansende en vrijende nader tot elkaar kunnen komen op het ritme van de hartslag, tot ze samen smelten. Het hartchakra is het vierde en middelste chakra en heeft een groene kleur.
Andere interessante links:
www.aquiziam.com/twenty_symbols.html
www.reshafim.org.il/ad/egypt/religion/body_and_soul.htm
en.wikipedia.org/wiki/Heart_(symbol)
www.heartsymbol.com/english/index.html
The post De geheime symboliek van het hart first appeared on Abe de Verteller.
]]>