Uit de Griekse mythologie weten we dat alles ooit is ontstaan uit chaos. Chaos is leegte of afgrond, een gapend gat. De oude Germanen noemden deze oertoestand Ginnungagap. Opnieuw betekend dit een gapende leegte, maar nu met ‘ginning’ met energie of magie gevuld. (1)
Nu en Nammu
Deze chaos werd door vele volkeren als een eindeloze watervlakte beschouwd. Voor de Egyptenaren heette dit Nu(n) wat afgrond betekend. Het werd omschreven als een oeroceaan waaruit alles is ontstaan. Dit Nu was er al voordat de materie ontstond en toen de allereerste heuvel uit haar wateren oprees werd deze omringd door de oerchaos van Nu. De wereld breidde zich uit, maar bleef een miniscule luchtbel in de oneindige wateren van Nu.
Voor de Sumeriërs was Nammu het allereerste wat bestond. Zij was de godin van de zoute wateren. Zij omringde de wereld volledig. Door de Babyloniërs werd zij later Tiamat genoemd. Haar minnaar was Abzu wat ook wel diepe oceaan betekend. Samen met deze god van de zoete wateren waren zij er al voordat hemel en aarde bestonden. Hemel en aarde werden door Nammu gebaard. Toen dezen ontstonden waren ze nog onafscheidelijk. An-Ki oftewel hemel-aarde werd die éénheid genoemd. Via waterdoorlatende grondlagen kregen de rivieren, meren en bronnen hun water van Abzu. Ook de Hebreeuwse mythologie die wij kennen uit de bijbel begint met een waterige chaos; ‘De geest gods zweefde over de wateren’. (2)
Okeanos oorsprong der Goden
Het is opmerkelijk dat volgens Homerus Okeanos, de God van de oceaan, de oorsprong is der Goden. Plato zegt dat met deze uitspraak duidelijk wordt dat Homerus het idee van Heracleitos aanhing dat ‘alles uit stroming en beweging is ontstaan (Panta Rhei). Okeanos neemt hier de plaats van de Chaos over als oerbron van alles. Okeanos is de rivier of de zoetwaterstroom (niet zout zoals Tiamat/Nammu) rondom de bekende wereld. Hij stroomt eeuwig rondom de aarde en komt voortdurend bij zichzelf terug. (3) Hij is onuitputtelijke voortbrengingskracht, maar doet dat wel samen met zijn vrouw en zuster Tethys. Zij laat het water door de aardlagen sijpelen naar de bronnen die weer de rivieren en zeeën voeden. Hierin lijkt ze op de Sumerische god Abzu, zij het dat Tethys duidelijk een vrouw en moeder is. Alle zeeën, rivieren en bronnen zijn haar kinderen. Die zijn niet ooit geschapen, maar die schepping gaat continu voort, want er stroomt altijd nieuw water uit de bron en door de rivier. De naam Tethys is verwant aan het Engelse ‘teats’, het Friese ‘tate’ en de Nederlandse tieten, oorspronkelijk de spenen die de eeuwig voedende bron zijn voor elke nieuwe boreling die in het leven komt. (4)
Naast de oorsprong is Okeanos ook de begrenzing van alle bekende dingen. Waar zijn rijk begint, stonden op de oude landkaarten zeedraken getekend. Verder weg was het onbekende, de oerchaos, die eigenlijk ook de kosmische oerzee is. Okeanos werd half menselijk, half dierlijk afgebeeld. Hij heeft een gespierd mannenlijf en is woest bebaard, waarbij zijn haren soms aan de golven doen denken of zelfs aan bladeren.. (5) Verder heeft hij een slangenstaart en hoorns of kreeftenscharen op zijn hoofd. Hij omcirkelt de wereld met zijn lijf en met zijn slangenstaart.
Jormungand en Ouroboros
Okeanos kan je derhalve vergelijken met de Midgaardslang Jormungand uit de Scandinavische mythologie. Beiden hebben een slangenstaart en omcirkelen de bekende aarde. Van de Midgaardslang (of draak) werd voorspeld dat zij het Ragnarok oftewel het einde der tijden mede zou veroorzaken. Daarom werd hij door Odin de zee ingesmeten. Daar zonk hij naar de bodem en groeide hij tot hij zo groot was dat hij de Midgaard – oftewel de hele bekende wereld – omvatte. Zo kon hij zijn eigen staart weer in de bek nemen. Bij de alchemisten uit de Middeleeuwen werd deze wereldslang Ouroboros genoemd oftewel ‘staarteter’.
Als de gelijkstelling van Okeanos met de oerslang Ophion uit de Griekse mythologie klopt, dan werd ook hij door de oppergod (Kronos in dit geval) in de wateren gegooid. In dit geval om de heerschappij over de wereld van Ophion over te nemen. (6) Tethys is dan te associeren met Eurynome. Zij is de godin die het wereldei legt waar rondom Ophion zich kronkelt.
Jormungand betekend machtige schim (7). De horizon van de bekende wereld kan je zien als een begrenzing die voornamelijk is opgebouwd uit angst voor het onbekende. Het bekende is veilig, het onbekende is chaos, geassocieerd met de duivel en het kwaad. Wie hier doorheen prikt merkt dat deze draak slechts een machtige schim is, een onwaarachtige boeman die ons gevangen houd in ons benauwde wereldje van materie en gedachten.
De chaosdraak
In de mythologie komt vaak een strijder voor de orde voor, meestal een stormgod, die vecht tegen de chaosdraak in de vorm van een zeeslang. Voorbeelden hiervan zijn Marduk en Tiamat, Thor en Jormungand, Kronos en Ophion, Zeus en Typhon en Jahweh en Leviathan. Wie de draak verslaat heeft de angst voor het onbekende getemd. Hij is voorbij de rand van het bestaande de duisternis ingedoken en triomferend teruggekomen met schatten van energie. Zonder deze chaosdraak zou vernieuwing in de wereld niet mogelijk zijn. In deze zin brengt de draak juist geluk! (8)
Conclusie
Chaos heeft een negatieve klank gekregen, het is wanorde, anarchie en waanzin. Toch is zonder chaos geen orde mogelijk, net zoals er zonder passief geen actief kan zijn zonder positief geen negatief, zonder vrouwelijk geen mannelijk enzovoorts. Zonder chaos zou de wereld verstarren, verdorren en onvruchtbaar worden.
Chaos ligt aan de grens van ons bevattingsvermogen, aan de bronnen van de tijd, toch is het voortdurend rondom ons. In onze perceptie veranderen we continu chaos in kosmos, we ordenen de enorme hoeveelheid gegevens die ons bewustzijn ontvangt. Daarom ervaren we onze wereld als gevuld met objecten die een bepaalde betekenis en waarde hebben. Eigenlijk is dit een zeer selectieve wereld, gevuld met de dingen die we moeten onderscheiden om te overleven. Dat er eigenlijk véél meer is wordt duidelijk als we ’s-nachts de ontelbare lichtstipjes zien waarmee we ons beeld vormen en die overdag door de helderheid van de objecten verdwijnen. Of anders door datgene op te merken dat tussen de blauwe lucht en je oogbollen zit en merkt dat dit niet zomaar leegte is maar met potentie en energie gevulde leegte. Dit krioelt als ontelbare lichtgevende sliertjes voor je ogen. Of anders door je ogen te sluiten en de zindering in je lichaam te voelen. Er is zo ontiegelijk veel rondom je wat zich niet laat dwingen en wat zich niet laat ordenen!
We worden omringt door chaos en deze voedt ons. Het is onze bron en onze hoorn des overvloeds. Dit is nog veel duidelijker geworden door de associatie van Chaos met Okeanos. De chaos is niet slechts te vinden in de uiterste randen van ons bewustzijn, maar doordringt ons hele bestaan. Zij is minstens zo belangrijk als de orde. In de kosmos ordenen we de chaos en drukken we het in een patroon. Door de gaten van ons raster heen kunnen we opstijgen of afdalen naar de oerwateren en genieten van die heerlijke energie die chaos is. Verfrist keren we daarna terug naar de veilige haven van de kosmos.
1) http://nl.wikipedia.org/wiki/Ginnungagap
Chaos zou ook van ‘het gapen’ afstammen of daar iig etymologisch mee verwant zijn. Met gapen doe je inderdaad een ‘gap’ een gat ontstaan. Tegelijkertijd open je je voor de chaos van de slaap. En in de slaap ontmoet je de kinderen van de chaos: Nacht en Duisternis, Nyx en Erebos.
2) De schepping van de wereld – van der Plas en Meijer
3) Ilias 14- 200
Plato, Theaetetus 152
http://www.theoi.com/Titan/TitanOkeanos.html
Oceanus betekend volgens Robert Graves in zijn Griekse mythen ‘Hij die behoort tot de snelle koningin’. Welke koningin dat is (Thetys?) is niet duidelijk.
4) Het is de vraag of Okeanos de wereld alleen omringt. Als hij de bronnen via Tethys voorziet van vers water dan zou hij ook onder ons liggen.
In ieder geval ligt daar onder zijn dochter de rivier de Styx. Deze rivier ligt negenvoudig om het dodenrijk Hades heen gekronkeld. De duurste eden werden gezworen bij de Styx.
Dit zweren doet mij sterk denken aan de bocca della verita in Napels waar een fonteindeksel met de afbeelding van Oceanos al eeuwen dienst doet als leugendetector. Wie zijn hand in de mond van Oceanos legt zal altijd de waarheid spreken. Hier was ook wel reden toe omdat anders deze mond de hand af zou bijten! Lange tijd wist men niet wie er op het deksel was afgebeeld, maar tegenwoordig is het toch duidelijk dat het Oceanos betreft. http://www.dpsusa.com/bocca_verita_history.shtml
5) Ook de Groene man kan ooit ontstaan zijn uit een afbeelding van Oceanos. Vooral in de Romeinse schaal van Mildenhall is te zien hoe de wilde slingerende haren, zeker als ze vermengd zijn met zeewier makkelijk voor bladeren zijn aan te zien. Beiden zijn ook te associeren met overvloed, een onuitputtelijke stroom van energie die uit het gezicht stroomt.
6) http://www.theoi.com/Titan/TitanOkeanos.html
7) Otten – Edda p. 430
8) http://nl.wikipedia.org/wiki/Chaos_(Griekse_mythologie)
In de Romeinse tempel van Bath vinden we Oceanos terug als een hoofd in het frontispiece van de tempel. Ook nu nog beweren de gidsen dat het om het hoofd van de Medusa gaat, maar zeker in associatie met de warmwaterbronnen is het duidelijk dat de bebaarde gestalte Oceanos is.
In Indonesie heeft men het over de naga’s, de luchtslang en de aardslang. De luchtslang staat voor de ruimte of oneindige oceaan. Hij komt als de bliksem met vuur en donder en brengt de mogelijkheid van leven. De aardslang is duidelijk het ontvangende vrouwelijk aspect, Ibu Manusia, moeder aarde. De (witte) bliksem bevrucht de aarde waardoor vuur (rood) uit de hemel ontstaat dat vruchtbaarheid geeft aan de aarde. De vlag van Indonesie heeft de kleuren rood en wit. Bij de sadjen (offering) worden op (heilige) plaatsen, die anker zijn o.a. rode en witte bloemblaadjes geofferd.