In Nederland is het oppassen geblazen met het woord ‘geil’. Het is een geladen woord dat niet geschikt is voor elke conversatie. Toch is geile grond, of geile klei geen seksueel opgewonden aarde. Het is vette, goed bemeste, vruchtbare grond. In de negentiende eeuw had geil ook nog de betekenis ‘weelderig groeiend’ (als van bomen). Ook bestond er toen zoiets als ‘geil bier’. Dit was bier dat nog niet opgehouden was met gisten.
In het Oudhoogduits betekent geil vrolijk en vol levenskracht. Bij de Duitsers werd ‘Geil’ dan ook zoiets als tof, ‘cool’, ‘vet’.. De betekenis van geil werd in het Nederlands seksueel opgewonden. De man en vrouw zijn klaar voor seks, maar zeker minstens zo belangrijk in oude samenlevingen; klaar voor de bevruchting. Ook de andere betekenissen van geil slaan op het levenskrachtige gevoel dat een vruchtbare creatie of transformatie teweeg kan brengen; of het nu om mensen, bomen, bier, boter of de aarde gaat. (1)
Botergeil
De uitdrukking ‘zo geil als boter’ of ‘botergeil’ laat dit ook zien. Boter is vet, glibberig en glad. Zo is boter een goed symbool voor de opwinding en de natheid van een vrouw of het zaad/geil van de man. Het karnen van boter was in bijna elk boerenbedrijf een belangrijke werkzaamheid en inkomstenbron. Veel van de melk werd gekarnd tot boter en kon dan geconsumeerd of verkocht worden. Het karnen van de melk tot boter was echter ook een metafoor voor de seksuele daad. De karnstok die met een op en neerwaartse beweging in het gat van de karnton werd geduwd was makkelijk te associëren met de coïtus. Dit vinden we terug in de Engelse uitdrukking ‘Churning the butter’ als ‘slang’ voor seks of masturbatie. (2)
Het boterbriefje
Een ander voorbeeld is de dubbelzinnige volkse benaming voor de trouwakte; het ‘boterbriefje’. Als je ging trouwen, ging je ‘een boterbriefje halen’. Symbolisch verzekert dit briefje de eigenaars ervan dat de partner willig is. Het geeft ‘boter’; opwinding en dus kans op seks. Het impliceert met een knipoog dat trouwen een vrijbrief is voor seks! De ‘droge’ verklaring van het boterbriefje is dat het slaat op een aflaatbrief. Een brief waarmee je tijdens de vastendagen je schuld afkocht om toch boter, kaas en eieren te eten. Maar dit heeft niets met trouwen te maken en daarom vind ik deze verklaring minder aannemelijk. (2)
Het boterbriefje was echter ook een werkelijk briefje dat werd opgelezen of onder de karnton geplakt. Op dit briefje stond een spreuk die de karnton moest vrijwaren van toverij, zodat het karnen niet zou mislukken. In premoderne huishoudens was deze activiteit sterk kwetsbaar voor kwade toverij. Dit heeft mogelijk te maken met de sterk erotisch geladen betekenis van boter karnen. (3) Het idee was dat een heks; meestal een jaloerse buurvrouw of een vrouwelijk familielid, door middel van hekserij de boter uit de karnton stal. De huisvrouw merkte dan dat de melk niet tot boter wou stollen. Het ‘boteren’ oftewel het karnen van de melk tot boter mislukte. Tegelijk kon er ook iets mis zijn in de slaapkamer. De man bleek impotent en kon niet tot de daad komen, of de vrouw raakte niet opgewonden en kon niet nat worden. Nog ernstiger was het als de vrouw of man onvruchtbaar was en zij geen kinderen konden krijgen. In al die gevallen werd dit vaak geweten aan de kwade toverij van een jaloerse heks. Als het in een relatie slecht ging, zei men dan ook: ‘Het wil niet boteren tussen die twee’
Het boterdoosje
Het zeventiende-eeuwse liedje van Livinus van der Minnen is een goed voorbeeld voor de sterk seksuele geladenheid van boter:
‘ ‘k Heb naer u groot verlangen, ick wensch naer u altoos,
Als eenen visch naer boter, ô soete boter doos.
Maer ‘t verdriet my nu, myn Roosken, Want gy steckt van my de walg.
Hoe ik vley uw’ boter-doosken, ‘t Is al boter aen de galgh.’ (4)
In het liedje komt het spreekwoord voor: ‘Het is boter aan de galg gesmeerd’. Dit wordt meestal uitgelegd als vergeefse moeite doen, omdat je een galg niet met zo’n kostbaar goedje zou willen besmeren. Galg blijkt echter ook stang, stok of paal te betekenen en dan met name een karnstok! De boter (of het nu om mannelijke of vrouwelijke sappen gaat) hoort in de vrouwelijke ton en niet aan de mannelijke stok! (5)
Verder is het ‘vleien van het boterdoosje’ interessant. Het is een nog duidelijkere Nederlandse variant van het Engelse ‘to butter her up’. Dit laatste betekent; door vleien iets van haar gedaan krijgen. Maar specifiek is het te zien als een eufemisme voor haar geil en willig proberen te maken! Na lezing van het Nederlandse gedichtje wordt het duidelijk dat de boter uit haar boterdoosje komt. Dit maakt direct duidelijk waar het slang woord ‘doos’ vandaan komt. Het is de oude bewaarplaats van boter. Dit is een veel beter passende verklaring dan het idee dat het woord ‘doos’ voor vagina van doos als toilet komt. (6) Zelfs de doos of kruik van Pandora uit de Griekse mythologie gaat hoogstwaarschijnlijk om haar geslachtsdeel. Deze doos was dermate interessant dat ze het niet kon weerstaan om er in te kijken. Zo maakte ze kennis met haar eigen seksualiteit. Maar of dat alleen maar ellende teweeg bracht valt te betwijfelen..
‘You horny devil’
De meest gebruikte Engelse term voor geil is ‘horny’; letterlijk hoornig. Op het eerste gezicht heeft dit weinig met geil te maken. Maar waarschijnlijk gaat het om de stijve ‘hoorn’ tussen de benen. De oudere uitdrukking is namelijk ‘to have the horn’. (7) Een stijve hebben dus. Juist gehoornde wezens stonden bekend als extra hitsig. De geile bok, de vurige ram en de woeste stier spraken allen tot de verbeelding wat betreft hitsigheid. Hieruit kwam zelfs het beeld voort van enkele goden van natuur, vruchtbaarheid en wellust. Het meest bekend hiervan zijn de geile god Pan, de altijd met satyriasis behepte saters en faunen, de gehoornde god Cernunnos en dan heb je ook nog de hete duivel.
Iemand de hoorntjes opzetten
Vreemd genoeg betekend het oude spreekwoord ‘iemand de hoorns opzetten’ dat een getrouwde vrouw seks heeft met een andere man, en daarmee haar man tot ‘hoorndrager’ maakt. Deze uitdrukking wordt al in de tweede eeuw v.o.j. gebezigd door de Griekse schrijver Artemidorus. De Engelsen noemen zo iemand een ‘cuckold’ , de Fransen ‘cocu’ oftewel een koekoek. Deze legt tenslotte zijn eieren in andermans nest. Wou je iemand uitmaken voor bedrogen echtgenoot dan kon je ook met je vingers het V- of ezelteken maken achter zijn hoofd. (8)
Maar wie zijn echtgenoot de horens opzet, die maakt hem tot de spreekwoordelijk ‘geile bok’. De bok – in tegenstelling tot een ram – laat ook andere mannetjes bij zijn wijfjes toe en laat zichzelf zo ‘bedrogen’ worden. (9) Nu werden juist in de meifeesten en midwinterfeesten nogal eens maskerades gehouden waarbij ook dierenvellen en zelfs hoorns gedragen werden. Mogelijk waren deze vermommingen bedoeld als personificaties van de geesten of goden van de vruchtbaarheid en geilheid om zo vruchtbaarheid voor mens, dier en land op te wekken. Wezens die te vergelijken zijn met de saters en de faunen uit de Griekse mythologie. Tegelijk was dit een tijd van seksuele losbandigheid. Mannen gingen er met een andere vrouw vandoor en vrouwen zochten zichzelf een minnaar. Door hoorns te dragen gaf de man impliciet aan dat hij zijn vrouw (en zichzelf) een avontuurtje gunde.
Dan is er ook nog de ‘greenhorn’ (in het Nederlands, het groentje) een woord dat staat voor de onervaren jongeling. Onervaren in de strijd en het avontuur, maar nog meer onervaren in de liefde en de seksualiteit. Zijn hoorn is nog groen en groen staat voor onschuldig en onervaren. Het groentje moet nog ingewijd worden. Juist de meifeesten waren hier een goed moment voor.
Dit losbandige gedrag zou de hele natuur aanzetten tot een grotere vruchtbaarheid. Toch was deze gebeurtenis niet puur een plat en incidenteel pleziertje. De man personifieerde de gehoornde god, de god van geilheid en vruchtbaarheid. De vrouw symboliseerde de vruchtbare, geile aardegodin. Geil als in klaar om zich te verenigen in een uitbarsting van levenskracht, die zal leiden tot creatie en transformatie.
Het taboe op geilheid
In de christelijke tijd was de gehoornde god de duivel geworden, de personificatie van al wat slecht is. Mannen die zich met hoorns en in dierenvellen verkleedden maakten zichzelf tot wellustige duivels. Dit werd langzaam maar zeker door de kerk en de elite uit de samenleving verbannen. ‘Partnerruil’ werd vanaf die tijd – ook tijdens de feestdagen – een taboe. Een man mocht nog steeds wel eens ´buiten de deur neuken´, maar een vrouw die dat deed bracht zichzelf en haar man tot schande! Zij was een slet, sloerie of snol geworden. De geile man en de wellustige vrouw moesten hun lusten verbergen. In het openbaar was geilheid iets geworden om je voor te schamen. Pas sinds de seksuele revolutie van de jaren zestig en zeventig kwam hier langzaam een kentering in. Toch blijft geilheid een taboe. Een openbare ‘hoorn’ of duidelijk ‘beboterd doosje’ zal niet worden geaccepteerd in onze samenleving. Is dat terecht?
Dat is de vraag, want samen met de geilheid wordt zo ook iets van de genietingen, vrolijkheid en levenskracht die hiermee gepaard gaan onderdrukt. Het wordt tijd om te beseffen dat de hoorn van de ‘horny’ man ook een ‘hoorn des overvloeds’ kan zijn. Ook de ultieme geile vrouw Pandora draagt nog steeds op de bodem van haar doos ‘Elpis’ de verwachting met zich mee. Deze geest wordt afgebeeld met bloemen of met een hoorn des overvloeds! (10)
Abe van der Veen
Noten:
1) www.etymologiebank.nl/trefwoord/geil1
Calisch, Nieuw woordenboek der Nederlandsche taal. H.C.A. Campagne, Tiel z.j. [1864]: Geil, bn. (-er, -st), walgend vet (van vleesch en andere spijzen); overvloedig gemest (van den grond); weelderig groeijende (van boomen); (fig.) onkuisch; (heelk.) – vleesch, vleesch van wonden dat te welig groeit; – bier, bier dat niet opgehouden heeft te gesten. | |
[p. 396] | |
*-HEID, v. gmv. overtollige vetheid; (fig.) onkuischheid. *-KUIP, v. (-en), kuip waarin men het bier laat bekoelen. |
2) www.urbandictionary.com/define.php?term=Churning%20Butter
www.etymologiebank.nl/trefwoord/boterbriefje
3) Voor een voorbeeld van een boterbriefje: Gijswijt-Hofstra ed. – Nederland betoverd p.224
Naast boter karnen, ging het ook om bier brouwen en verf maken. Allemaal processen waarin iets door middel van heet maken en roeren of stampen tot iets anders wordt getransformeerd..
De Waardt – Toverij in Holland
4) F.A. Stoett, Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden. W.J. Thieme
& Cie, Zutphen 1923-1925 p.126
5) onzetaal.nl/taaladvies/advies/boter-aan-de-galg-smeren
www.etymologiebank.nl/trefwoord/galg
gtb.inl.nl/iWDB/search?actie=article&wdb=WNT&id=M010631.re.14
6) www.etymologiebank.nl/trefwoord/doos
7) www.etymonline.com/index.php?allowed_in_frame=0&search=horny&searchmode=none
8) www.etymologiebank.nl/trefwoord/hoorndrager
9) In de Digitale Bibliotheek der Nederlandse Letteren (DBNL) staat een cultureel-historisch artikel over overspel in de zeventiende eeuw. Hierin wordt onder meer opgemerkt dat in sommige talen bok en hoorndrager door elkaar worden gebruikt. De bok stond in sommige gemeenschappen voor een sufferd, terwijl de ram voor ‘een echte man’ stond. Dit houdt misschien verband met het feit dat een bok (anders dan een ram) ook andere mannetjes bij ‘zijn’ wijfjes toelaat. Zo bezien is de bok niet alleen in letterlijke, maar ook in figuurlijke zin een hoorndrager; zijn wijfjes ‘bedriegen’ hem met een ander. http://www.dbnl.org/tekst/leuk001died01_01/leuk001died01_01_0001.php
10) en.wikipedia.org/wiki/Elpis_(mythology)
Interessant! Bedankt voor dit artikel!
Vind ik ook!
Besten Abe,
Het woordje ‘geil’ heb ik nog nooit zo bekeken, de meest fascinerende betekinnnes vind ik hier wel. Op zich ook een mooi woord als men het juist gebruikt. Je kan het in ieder geval mooi vertellen, boeiend vooral.
Dank u Abe de verteller
I always felt a bit awkward dealing with Professor Geil’s geschiedenis book. It is still in my library. So now I can feel at ease showing his book there.
zow cool, zoals jij vertelt
is alsof ik mezelf hoor blaatpraten, niet negatief bedoeld, maar in de zin van veel woorden; ik nl ook tof over ethymologie, woordafleidingen, overeenkomsten en verschillen in/tussen talen c.q. taalgroepen
paar favskes: ont-moeten, ont-wikkelen, en zeker intelligentie in zin van wet- en regelgeving en tussen regels door lezen, dat was werk voor vrouwen en kinderen…. intellect is kennis, da’s heel wat anders!
in Latijn: lex, 2e naamval legis, betekent wet/regel/orde(ning), der dingen… etzeurdera
“lex dura, sed lex” : de ‘wet’ is hard, maar t is de wet, dus… en dan in alle afleidingen ervan inbegrepen, icl:
zoals het hoort (ook zo’n mooie; wie hoort wat? hardhorend?
ingefluisterd? bij oren gegrepen? etcbla)
soms heb je ‘uitgelezen’ iets; beste van het beste, neusje van de zalm, wat weer doet denken aan originele kibbeling; nl de lippen en wangen van de vis…
waardeer jou al jaren Abe, dus
long time listnerer, first time responder
grt
Goed verhaal voor nadere studie