Waarom voelen wij ons toch zo aangetrokken tot het andere geslacht? Of soms tot hetzelfde geslacht? De grote filosoof Plato wist het en vertelde de volgende mythe: ooit was er een mensenras met vier handen en vier voeten, twee hoofden en twee geslachtsdelen. Soms was het wezen dubbel man, soms dubbel vrouw en dan had je nog degenen die man en vrouw in één waren, de Hermafrodieten. Deze vroege mensensoort was meer rond dan langwerpig en als ze zich voortbewogen was dat door radslagen te maken. Ze planten zich voort door hun geslachtsdeel in de grond te stoppen. Dit ras werd te arrogant en kwam in opstand tegen de Goden. De opstand werd neergeslagen en zij werden gruwelijk gestraft. Zeus kliefde ze namelijk in tweeën, hij sneed ze doormidden alsof het fruit was en Apollo trok de huid samen en knoopte dit bij elkaar ter hoogte van de navel. (1)
Sindsdien zoekt de ene helft van de mens naar zijn wederhelft en als hij die meent gevonden te hebben omhelst hij deze en probeert zo terug te keren naar zijn oorspronkelijke éénheid. Als dit inderdaad zijn verloren helft is zal hij een gevoel van vervulling en compleet zijn ervaren. Liefde is hier het verlangen om te versmelten en één te worden met onze geliefde, degen die onze wederhelft is. Dit is vaak man en vrouw, maar kan – getuige de mythe – ook man en man of vrouw en vrouw zijn. In het verhaal van Plato vinden we het geloof terug in een zielenpartner, een liefdesrelatie die voorbij het tijdelijke fysieke leven gaat. De god Eros (de Romeinen noemen hem Amor of Cupido) is hierin zeer belangrijk, want hij helpt ons degene te vinden die (letterlijk) het beste bij ons past en daarmee vinden we ons geluk.
Platonische liefde
Toch geeft Plato zelf de voorkeur aan de Platonische liefde. Eros is voor hem slechts een halfgod want hij bemiddelt tussen de goddelijke ideale vorm (zoals schoonheid, wijsheid, liefde) en de mens. Zolang de mens deze ideale vorm zoekt in een mooie vrouw of man is Eros de god van de erotische liefde. Zodra hij beseft dat ideale vormen niet afhangen van een mooi lichaam kan de mens zich richten op andere mensen met een mooie ziel. Nog een stadium verder zal hij beseffen dat de ideale vorm los van de mens bestaat en slechts streven naar eenwording met deze vorm an sich. Dan heeft die mens de status van filosoof bereikt. Hij is een adept van de Platonische liefde geworden! Ook hierin bemiddelt Eros als god van het verlangen naar goddelijke eenwording. (2)
Eros
Volgens Orfische bronnen is Eros tweeslachtig. Volgens anderen is hij de zoon van Hermes en Aphrodite. (3) Eros als hermafrodiet is te zien als de (seksuele) eenwording zelf. Hij is de pijl door het hart! Hij wordt afgebeeld als een mooie, nogal androgyne jongeling die met zijn liefdespijl vele harten doorboort. (4) De essenhouten pijl van Eros staat voor de mannelijke energie. In zijn meest materiële uitingsvorm is dit de fallus. Het hart staat hier tegenover als het vrouwelijke en staat symbool voor de vulva. De vulva zou in opgewonden staat op het hart lijken en ook de billen hebben een hartvorm..
Het hart staat echter tegelijkertijd ook symbool voor de ziel en het centrum. Een van de oudste talismans was de gevleugelde fallus. Hiertegenover staat het gevleugelde hart. Doordat Eros de harten met zijn liefdespijl doorboort ontstaat aantrekkingskracht die ertoe zal leiden dat het mannelijke zich met het vrouwelijke verenigt. De vleugels laten zien dat deze eenwording de ziel doet opstijgen tot hogere sferen. (5) In het moment van grootste extase is de penis verdwenen en het gat gedicht, de man is geen man meer en de vrouw geen vrouw, ze zijn weer mens. Dit is het aards paradijs waar de tegenstellingen van het aardse zijn ontstegen. Daar is geen schaamte, er is alleen pure verrukking! De twee wederhelften uit de mythe van Plato zijn weer in elkaar opgegaan.
Het werkwoord liefde
Toch gebeurt het maar al te vaak dat je denkt dat je de ware Jacob(a) tegengekomen bent en het valt tegen. De chemie ontstaat niet of het vuur van de passie dooft snel en het paradijs blijkt slechts zeer tijdelijk. Een van de redenen hiervoor ligt in onze kijk op liefde. We noemen het houden van, waarbij we elkaar vasthouden in plaats van loslaten. Wij zien de liefde als een zelfstandig naamwoord en denken dat door elkander te bezitten de liefde niet weg kan gaan. Liefde is echter een werkwoord: het is lieven, beminnen, de liefde bedrijven! Het is een proces, een stroom die van en naar elkanders hart gaat. Voor mij is liefde het proces van smelten van het materiële, waar de hardheid verdwijnt door liefdevolle aanraking. Alles kan weer stromen, waardoor de energie voorbij de grenzen en barrières kan komen en zo de ene ziel met de andere kan verbinden.
Toch is ook dit oppassen geblazen. De liefde komt voort uit je centrum, daar zit je hart en deze wordt vaak gelijkgesteld aan de ziel. Als je teveel neigt naar de ander, door deze te verheerlijken en mooier, groter te maken dan ze is, dan raak je uit je centrum. Als je zo uit evenwicht bent gebracht, dan is de focus verloren en je verliest jezelf in de ander. Zowel bij een te grote bezitsdrang als bij een te grote overgave aan de geliefde zal de liefdesstroom uit balans raken. De liefde zal niet leiden tot éénwording en geluk, maar langzaam aan wegkwijnen.
Psyche
De enige perfecte partner voor Eros, de liefde, blijkt Psyche, de ziel te zijn. Alleen in de versmelting van harten, van zielen in het exacte centrum is perfecte liefde mogelijk. In het door Apuleius geschreven sprookje van Eros en Psyche bemint Eros Psyche in de nacht. Als zij hem te zien krijgt is hij verplicht haar te verlaten. Het dagbewustzijn leidt ertoe dat er objectivering optreedt en dat het object van de liefde bezeten moet worden. Hierdoor vlucht de liefde weg, want deze kan je niet vasthouden of bezitten!
Volgens de oude Egyptenaren werd je ziel in de vorm van een hart gewogen op een weegschaal met op de andere schaal een veer. Woog het hart meer dan de veer, dan kon ze niet opstijgen naar de hemel. Het hart en daarmee de liefde moet onzelfzuchtig, onthecht zijn, alleen dan stijgt de ziel op als een gevleugelde hermafrodiet. Anders bedrijf je de zonde van de ‘cupidity’, dit is niet wellust wat je van een Cupido zou verwachten maar hebzucht. Je geliefde heb je nooit, je deelt alleen met haar het wonder van de liefde.
Abe van der Veen
Noten en literatuur:
1) Dit samengeknoopte bij de navel is nog steeds goed te zien.
Dit verhaal komt uit de rede van Aristophanes in het Symposium van Plato classics.mit.edu/Plato/symposium.html
2) Ook deze redenering – gegeven door de priesteres Diotima – is te vinden in het Symposium van Plato. classics.mit.edu/Plato/symposium.html
3) www.theoi.com/Ouranios/Eros.html
In de klassieke versie is Eros de zoon van Ares en Aphrodite.
4) Zijn afbeelding als mollige, gevleugelde baby is van latere datum.
5) Zie voor de vorm van het hart ook: http://www.abedeverteller.nl/de-geheime-symboliek-van-het-hart/
Zo is het ook te zien in het alchemistisch huwelijk. Hier ontstaat uit de vereniging van man en vrouw een ware versmelting. De gevleugelde Hermafrodiet ontstaat en via deze ‘chymische hochzeit’ kan het hemelse bereikt worden.
Zie ook: Griekse mythen – Robert Graves
Classical mythology – Mark Morford
The encyclopedia of myths and secrets – Barbara Walker
Het verhaal van V – Catherine Blackledge
Phallos – Eugene Monnick
De moeilijkheid voor de mens is dat in de overlevering de liefde zich op twee niveaus uitdrukt. De gewone menselijke manier en op een minder tastbare wijze. Voor Plato was het niet primair stoffelijk. De lichameijke aantrekkingskracht is dan ook niet zo zeer liefde als wel voortplantingsdrift, ook al kan de liefde daarin uitgedrukt worden.
Mozart laat in de Vrijmetselaars opera Die Zauberfloete zien dat de liefde tussen Papageno, de vogelvanger en zijn wijfje Papagena heel gewoon menselijk, niet slecht is en nageslacht voortbrengt. Dat wil echter niet zeggen dat er op dit vlak niet meer gebeurt dan alleen een een fysieke vereniging. Tijdens die vereniging vindt ook op astraal vlak een vermelting plaats met een intense uiteisseling. De hogere echte liefde wordt in de Zauberfloete uitgedrukt tussen prins Tamino en Pamina de dochter van de koningin van de nacht.
Het is de versmelting, eenwording tussen ziel en geest in de mens zelf, zoals dat in de Chymische Hochzeit of in het mystieke huwelijk geschiedt. Eerst dan wordt de zondeval opgelost en keert de hele mens terug in zijn paradijselijke staat. Niet meer als man of vrouw, maar als mens, wat in het latijn geest betekent.